Inburgering

Het subdomein Inburgering bevat de gegevens die gemeenten registreren in het kader van de Wet inburgering 2021. Deze wet verplicht gemeenten om regie te voeren op het inburgeringsproces van nieuwkomers. Het informatiemodel ondersteunt dit proces door gegevens vast te leggen over leerroute, participatie, toetsing, vrijstellingen, ontheffingen en voortgang. Zo ontstaat een samenhangend en herbruikbaar gegevensbeeld van de inburgeringstrajecten binnen de gemeente.

Het subdomein is afgestemd op de wettelijke kaders van de Wet inburgering, en faciliteert samenwerking tussen gemeenten, DUO, taalscholen en andere betrokken organisaties. Het model sluit aan op de domeinen Persoon, Onderwijs, Gezondheid, Werk en Regeling, zodat ook samenhangende dienstverlening mogelijk is met bijvoorbeeld werktrajecten, educatie of maatschappelijke begeleiding.

Over de afbeelding

De afbeelding toont het informatiemodel van het subdomein Inburgering. Centraal daarin staat het objecttype Inburgeringsplichtige, dat alle gegevens groepeert over een persoon die onder de Wet inburgering valt. Hieraan zijn alle relevante onderdelen van het inburgeringstraject gekoppeld.

De belangrijkste objecttypen zijn:

• Inburgeringsplichtige: beschrijft wie inburgeringsplichtig is, de status van die plicht en de verantwoordelijke gemeente.
• Startinburgering: bevat de gegevens over het formele startmoment van de inburgering en relevante kenmerken zoals moment van aankomst.
• Inburgeringsaanbod: legt vast wat er aan de inburgeringsplichtige is aangeboden, bijvoorbeeld taalles, begeleiding of participatie.
• PIP (Persoonlijk Plan Inburgering en Participatie): het plan waarin leerroute, participatie, termijnen en doelen zijn vastgelegd.
• Leerroute: het type leerroute dat iemand volgt (B1-route, Z-route of onderwijsroute), inclusief kenmerken zoals taalniveau en examendoelen.
• B1-route: bevat aanvullende gegevens specifiek voor deze leerroute, zoals resultaat, examenpogingen en gevolgde lesuren.
• Z-route: aanduiding voor de leerroute voor personen met lage leerbaarheid en beperkte taalvaardigheid.
• Onderwijsroute: aanduiding voor de leerroute gericht op doorstroom naar onderwijs.
• KNM (Kennis Nederlandse Maatschappij): bevat informatie over het onderdeel waarin wordt getoetst of iemand kennis heeft van de Nederlandse samenleving.
• MAP (Module Arbeidsmarkt en Participatie): bevat gegevens over het verplichte onderdeel dat nieuwkomers voorbereidt op de Nederlandse arbeidsmarkt.
• Participatiecomponent: geeft invulling aan maatschappelijke participatie als onderdeel van de inburgering, bijvoorbeeld vrijwilligerswerk.
• Voortgangsmeting: registreert de voortgang binnen het traject op vaste meetmomenten.
• Ontheffing: legt vast of en waarom iemand ontheffing heeft gekregen van (delen van) de inburgeringsplicht.
• Vrijstelling: legt vast of iemand vrijstelling heeft op basis van eerder behaalde diploma’s of toetsresultaten.
• Diplomawaardering: bevat de waardering van buitenlandse diploma’s voor de bepaling van leerroute of vrijstelling.
• Voorbereiding op inburgering: registreert activiteiten vóór de officiële start van de inburgering, bijvoorbeeld in een AZC.
• Introductiemodule: bevat gegevens over de introductieperiode waarin de gemeente kennismaakt met de nieuwkomer en diens situatie.
• ICT-vaardigheid: beoordeling van de digitale vaardigheden van de inburgeringsplichtige.
• Taalvaardigheid: beoordeling van het niveau van taalbeheersing, als basis voor leerroutebepaling.

Enumeraties worden gebruikt om standaardwaarden vast te leggen, zoals leerroutecategorieën, examenresultaten of taalniveaus. Hiermee wordt betrouwbare en consistente registratie en gegevensuitwisseling mogelijk gemaakt.

De afbeelding laat zien hoe de objecttypen onderling samenhangen, zodat gemeenten over alle fasen van de inburgering – van voorbereiding tot afronding – gestructureerde informatie kunnen vastleggen en gebruiken voor monitoring, sturing en verantwoording.